Theorie 1: Kansen voor ‘mass
customization’ en decentrale productie
We mogen verwachten dat - gelet op de
snelheid waarmee de technologie zich tot dusver heeft ontwikkeld - meer en meer
sectoren gaan investeren in 3D-printing. Fabrikanten uit diverse sectoren
onderzoeken nu al welke producten ze in de toekomst kunnen gaan printen. In de
Logistics Trend Radar, een onderzoek van DHL, wordt gesproken over een markt
met een groeipercentage van 13,5 procent per jaar. Volgens een rapport van
McKinsey uit 2014 is 3D-printing in 2025 goed voor een markt van 550 miljard
dollar.
Deskundigen zijn het erover eens dat
3D-printing een stimulans vormt voor lokale en regionale productie en dat
3D-printcenters de komende twintig jaar dichtbij afzetmarkten zullen verrijzen.
Bedrijven die in het verleden hun productie naar Azië hebben verplaatst, zullen
dan de mogelijkheid hebben om productie terug te halen. Om die tendens te
stimuleren, heeft de Amerikaanse overheid in 2013 30 miljoen dollar in
wetenschappelijk onderzoek naar 3D-printing gestoken.
Veel massaproductie zal echter
massaproductie blijven. De belangrijkste reden hiervoor is dat het produceren
van veel producten in grote hoeveelheden met bestaande productieprocessen vaak
nog stukken goedkoper is. Daartegenover staat de trend die ‘mass customization’
heet. Enerzijds groeit onder consumenten het aantal ‘makers’ die zelf hun
koffiemokken, deurknoppen en handdoekrekken ontwerpen en uitprinten, maar niet
iedereen heeft hier behoefte aan. De meesten consumenten zullen de voorkeur
geven aan fabrikanten die bereid zijn hun productontwerpen aan te passen aan
hun wensen.
Fabrikanten zullen ook geen grote voorraden
met standaard artikelen aanleggen, maar overstappen op flexibele
productieprocessen conform het ‘make-to-order’ principe. De diversiteit in
producten zal daardoor toenemen. In de toekomst zullen consumenten eerst online
het ontwerp van een product aanpassen voordat ze op de bestelknop klikken. Dat
heeft uiteraard ook zijn uitwerking op logistiek. Als massaproductie in Azië
terugloopt, zal het transport over lange afstanden afnemen, maar het
‘last-mile’ transport richting consumenten wellicht toenemen.
Theorie 2: Last-mile transport neemt toe
Het heersende beeld met betrekking tot
3D-printing ziet er als volgt uit: goederen hoeven niet langer over de halve aardbol
getransporteerd te worden, maar zullen dichtbij de klant worden uitgeprint. Het
scenario waarin we straks alleen nog maar grondstoffen en 3D-print-cartridges
versturen is echter nog ver weg. 3D-printing kan een tegenreactie tegen de
globalisering op gang brengen, maar de vraag is hoe groot de impact van deze
technologie daadwerkelijk zal zijn.
Hoe dan ook, in ieder geval zullen
bestaande routes in meer of mindere mate worden verlegd. Er zullen minder
eindproducten uit het Verre Oosten komen en het belang van lokale
productievestigingen zal toenemen. Dat resulteert in een toename van het
‘last-mile’ transport. Als consumenten een grotere invloed op het ontwerp van
producten eisen, zullen meer en meer bedrijven online ‘make-to-order’ modellen
opzetten. Consumenten zullen hun aangepaste producten veel eerder online
bestellen en niet massaal thuis gaan uitprinten.
Het volume op maat gemaakte producten zal
toenemen, maar het is niet met zekerheid te zeggen dat die ontwikkeling daadwerkelijk tot meer last-mile
zendingen leidt. Bedrijven ondernemen nu al verschillende pogingen om
transportstromen te consolideren en de beladingsgraad van vrachtauto’s te
optimaliseren. Als de vraag naar geïndividualiseerde producten toeneemt, zullen
die inspanningen echter moeten worden verdubbeld om te voorkomen dat het aantal
last-mile zendingen met gelijke tred toeneemt.
Theorie 3: De vraag naar
3D-desktop-printers blijft groeien
De hype rond 3D-printing komt vooral voort
uit het feit dat de technologie toegankelijk is. Hobbyisten kunnen voor een
paar honderd euro een bouwpakket ontvangen en zelf een printer in elkaar
zetten. Het aantal mensen dat graag experimenteert met deze technologie zal de
komende jaren nog verder groeien. Zij kunnen ontwerpen van internet downloaden
of zelf op hun tablet maken. Stuur het bestand naar de printer op je bureau of
naar de printshop op de hoek en het product is klaar. Het is niet voor niets
dat er steeds meer 3D-printshops in onze grote steden ontstaan.
Theorie 4: 3D-printing maakt de logistieke
wereld een beetje groener
3D-printing is een duurzame
productietechnologie in meerdere opzichten. Enkele belangrijke voorbeelden
maken duidelijk hoe deze technologie bijdraagt aan een beter milieu:
- Dankzij 3D-printing maakt de luchtvaartindustrie
onderdelen die 70 procent lichter zijn dan voorheen. Dat leidt tot lichtere
vliegtuigen en dus minder CO2-uitstoot.
- 3D-printers verbruiken alleen het
materiaal dat ze nodig hebben. Er is weliswaar materiaal nodig voor
ondersteuning van overhangende constructies, maar ook dat kan worden
hergebruikt.
- Als minder producten uit het Verre
Oosten komen, is dus minder transport over lange afstanden nodig. Ook dat leidt
tot lagere emissies.
- Het is niet langer nodig om
reserveonderdelen jarenlang op voorraad te leggen, met het risico dat ze
uiteindelijk alsnog moeten worden afgeschreven. 3D-printing maakt het mogelijk
om die onderdelen ‘on demand’ te printen. Let wel: 3D-printing kost veel
energie, soms meer dan traditionele productieprocessen. Deze technologie is dus
(vooralsnog) niet voor alles een uitkomst.
Theorie 5: Onderdelen worden opgeslagen
als digitale printbestanden
De grootste kansen voor 3D-printing liggen
vooralsnog op het gebied van reserveonderdelen. Bedrijven zijn vaak verplicht om
nog lang reserveonderdelen op voorraad te houden, maar dat kost veel
opslagruimte en geld. Vaak zijn die onderdelen op den duur niets meer waard,
omdat ze niet meer bruikbaar of niet langer nodig zijn.
3D-printing bespaart een hoop
opslagcapaciteit en materiaal. Bedrijven hoeven alleen de blauwdrukken van de
onderdelen op te slaan. Wanneer een onderdeel nodig is, kan zelfs het ontwerp
nog worden aangepast voordat de printer van start gaat. De Britse, Amerikaanse
en Chinese legers hebben 3D-printing inmiddels omarmd en mobiele printshops
gebouwd in zeecontainers. De fans van oude auto’s en vliegtuigen waarderen
3D-printing vanwege de mogelijkheden om onderdelen te maken die niet meer
verkrijgbaar zijn.
Veel logistiek dienstverleners zijn
gespecialiseerd in de logistiek rondom reserveonderdelen. Verschillende grote
partijen onderzoeken daarom de mogelijkheden van 3D-printing. De vraag is of
hun opdrachtgevers ooit de blauwdrukken van hun onderdelen aan hen zullen
geven. Dat gebeurt alleen als onderling vertrouwen bestaat. In ieder geval is
duidelijk dat in de toekomst de digitale blauwdruk van een product steeds meer
waarde zal krijgen.
Theorie 6: Douaneautoriteiten verliezen
de controle
Het vooruitzicht van online circulerende
blauwdrukken en productie dichtbij afzetmarkten leidt tot nieuwe vragen. Als
producten geen fysieke grenzen meer hoeven te passeren, welke rol heeft de
douane dan nog? Ze kunnen geen invoertarieven meer heffen, maar dat zal niet
het grootste probleem zijn.
Als de douane geen toegang meer heeft tot
goederen, kunnen ze weinig actie meer ondernemen tegen de grote hoeveelheid
namaakproducten. Ook kunnen ze niet of nauwelijks meer controleren of bedrijven
zich houden aan de handelsbeperkingen en exportrestricties. De veiligheid in de
samenleving wordt wellicht ondermijnd als producten in digitale vorm illegaal
worden verspreid. Andere controlemechanismes zijn dan nodig, zoals nu ook al
voorhanden zijn als het gaat om exportbeperkingen. Op dit punt zijn bedrijven
zelf verantwoordelijk voor het volgen van regelgeving. De vraag is in hoeverre
overheden op de ontwikkelingen reageren met nieuwe regelgeving voor 3D-printing
en de verspreiding van digitale blauwdrukken van producten.